Woordenschatontwikkeling bij kleuters

Voor wie?

Leraren groep 1 en 2 en intern begeleiders

Waar gaat het over?

“Mijn oma heeft ook zo’n dinges!” Een zin die zomaar uitgesproken kan worden door een kleuter bij jou op school. Het lijkt onschuldig, maar een beperkte woordenschat kan wel van invloed zijn op het schoolsucces van de leerling.

Vanuit wetenschappelijke inzichten is in onderwijsland steeds meer het besef gegroeid dat expliciet woordenschatonderwijs van belang is voor een goede taalontwikkeling en schoolloopbaan van kinderen. En de basis hiervan wordt al gelegd in de groepen 1 en 2.

Inhoud

Tijdens de training van ongeveer 2,5 uur komt aan de orde:

  • Hoe maak ik als leerkracht het verschil?
  • Uitleg/opfrissen van de woordenschat didactiek aan de hand van het 4-taktmodel van Verhallen. Bij de 4 fasen worden diverse opdrachten uitgevoerd.
  • We kijken kritisch naar onze eigen methode/aanpak en in hoeverre er versterking nodig is.
  • Hoe vindt woordselectie plaats in combinatie met bestaande woordenlijsten?
  • Hoe differentieer ik zodat alle kleuters profiteren van het woordenschatonderwijs?
  • Ideeën voor woordspelletjes in de onderbouw. Welke werkvormen kies je voor een top-5?
  • Bespreken van routines: welke routine(s) ga ik invoeren of uitbouwen?

Startdata en locaties

  • plaats en datum in overleg1 bijeenkomst