De grammatica van onze taal is een rijke en uitdagende bron voor zinvolle taalactiviteiten. Veel kinderen, en vaak ook hun leraren, hebben dat tot nu toe niet zo ervaren. Het moet ook bij grammatica steeds gaan om de samenhang tussen luisteren, spreken, lezen en schrijven. Die samenhang en wederzijdse beïnvloeding bewust maken, en verder bevorderen, lukt vooral als dat taalgebruik betekenisvol kan zijn. Juist die taal in alle vormen gebruiken voor het maken en onderhouden van de verbinding met de wereld om hen heen, maakt taalgebruik betekenisvol. Daar is grammatica onmisbaar bij. Zo kunnen alle kinderen het nut en het plezier van vormen van taalgebruik ervaren en daardoor zal ook hun creativiteit met taal groeien.
Om een ononderbroken ontwikkeling bij al de leerlingen mogelijk te maken, zoals artikel 8 van de Wet op het Primair Onderwijs (WPO) voorschrijft, kun je niet jaar na jaar op een standaardmanier lesgeven. Je moet steeds weer je onderwijs afstemmen op de leerlingen. Dit betekent o.a. dat je je eigen beelden en interpretaties van de behoeften en het functioneren van de kinderen in je team ter discussie durft te stellen om zo je eigen blinde vlekken en vooroordelen op te sporen. Geprikkeld worden door het nog niet bekende leidt tot leren. Dat is het doel van dit boek, en daarom vind je hierin veel aanknopingspunten om een uitdagende onderwijspraktijk te realiseren.
De spelling van het Nederlands is gebaseerd op de uitspraak en dus op de klanken van de taal. Dan moet ook de didactiek dit als uitgangspunt nemen. In dit boek staat beschreven hoe dat kan. Bovendien worden alle spellingcategorieën uitgebreid behandeld met achtergronden en didactische aanwijzingen.