Voor veel scholen is het een uitdaging om het streefniveau (1S) te behalen voor het vakgebied rekenen. Dit betekent dat een aanzienlijke groep leerlingen onvoldoende voorbereid is op het wiskunde onderwijs op de middelbare school. De rekenmethodes die de laatste jaren op de markt zijn gekomen ondersteunen leerkrachten om bewust toe te werken naar de referentieniveaus passend bij het uitstroomniveau van de leerlingen. Opvallend hierbij is dat er in deze rekenmethodes nog steeds beperkte aandacht is voor de ontwikkeling van rekendenkkracht bij de leerlingen, een belangrijke basis die je nodig hebt in je verdere ‘rekenleven’. De behoefte om leerlingen te laten ontwikkelen naar bewuste rekenaars waarin niet alleen het aanleren van strategieën centraal staat maar ook het flexibel kunnen toepassen hiervan laten leerkrachten nadrukkelijk zien in het onderzoek naar didactiek (Cube Consulting onderwijs). De module Krachtige rekendidactiek geeft handvatten op basis van wetenschappelijke en neuropsychologische inzichten over hoe een krachtige rekenles eruit ziet. De vier principes van krachtig rekenonderwijs worden besproken en verbonden aan de drie theoretische modellen: het drieslagmodel, handelingsmodel en hoofdfasenmodel.
Wat leer je
- Je leert de vier principes van krachtig rekendidactiek kennen
- Je verdiept je in het hoofdfasenmodel en leert hoe je dit effectief kan toepassen in je eigen praktijk
- Je verdiept je in het handelingsmodel en leert hoe je dit effectief kan toepassen in je eigen praktijk
- Je verdiept je in het drieslagmodel en leert hoe je dit effectief kan toepassen in je eigen praktijk
- Je krijgt inzicht in hoe de vier principes van krachtig rekendidactiek verwerkt zijn in rekenmethodes
- Je reflecteert op de manier waarop jouw onderwijs al voldoet aan de vier principes van krachtig rekendidactiek
Voor wie
Leerkrachten, rekenspecialisten
Praktische informatie
De E-learning module is in eigen tijd en tempo te volgen. Bij de online video hoort een te downloaden werkboek met een samenvatting, opdrachten, bronnen en een evaluatieformulier.
Studieduur: circa 1,5 uur