Hoe komt het dat sommige leerlingen moeite hebben met hun taalontwikkeling en andere helemaal niet? Dat de ene tiener al prima kan plannen en de andere niet eens een poging lijkt te wagen? Zijn er verschillen tussen jongens en meisjes? Wat kun je als docent doen om hun leren te stimuleren? Welke breinprincipes en breindidactiek kun je in je les inzetten om de taalvaardigheid te stimuleren?